Eikenprocessierups

Wat?

De rupsen van de eikenprocessievlinder zijn al enkele jaren een bekend verschijnsel en kunnen voor hinder zorgen.

  • De gemeente bestrijdt de nesten in bomen die op openbaar domein staan. Contacteer hiervoor de dienst Omgeving.
  • Voor de bestrijding op privéterrein, staat de eigenaar zelf in.
  • Staat de boom dicht bij het openbaar domein, dan ben je verplicht de boom te laten behandelen.

Hoe herken je een eikenprocessierups?

Ze zijn ongeveer 3 mm groot en leven in dichte groepen. Half april, begin mei worden ze geboren met een oranje kleur. Naarmate de rups groeit, verandert haar kleur in grijsgrauw en krijgt ze steeds meer brandharen. Deze beestjes herken je het best aan hun manier van voortbewegen: ze kruipen in lange rijen achter elkaar naar de bladeren van de boom. Ze kunnen ook opeengehoopt onder een wit geweven net zitten.

Vanaf de derde vervelling, vanaf half mei tot midden juli, krijgen de rupsen irriterende brandharen. Na 5 vervellingsstadia zijn ze in juli volgroeid. Uit de pop komt de vlinder in augustus tevoorschijn. De eikenprocessierupsvlinder is een onopvallende, grijze nachtvlinder van een paar centimeter groot. 

Preventie

De rupsen preventief bestrijden met insecticiden is afgeraden, omdat er teveel rupsen van andere vlindersoorten mee aangetast worden. Je kan beter inzetten op het aantrekken van natuurlijke vijanden van de rupsen, zoals mussen, mezen, vleermuizen, sluipwespen en sluipvliegen. In je eigen tuin kan je hier ook mee starten door:

  • Uithangen van nestkastjes voor mezen en eventueel vleermuizen
  • Planten van verwilderingsbollen onder eiken zoals lelietje-van-dalen, bosanemoon, kievietsbloem, boshyacint, krokus, lenteklokje,… deze planten trekken insecten zoals de sluipwesp aan die de rupsen bejagen.
  • Ook het aanleggen van takkenrillen van dood hout trekt deze insecten aan. Hierop komen dan weer mezen af, die ook de rupsen zullen eten.

Wat doe je als je in aanraking komt met processierupsen?

  • As je de rupsen ziet, raak ze dan niet aan!
  • Probeer de rupsen niet zelf weg te branden of met een hogedrukreiniger weg te spuiten. Zo verspreiden de brandhaartjes zich nog sneller.
  • Meld het nest bij de gemeente.

Ben je toch in aanraking gekomen met de rupsen?

  • Spoel de ogen en de huid.
  • Wrijf in met zalf tegen jeuk.
  • Reflexspray kalmeert de jeuk ook, al is de spray daar niet echt voor bedoeld.
  • ‘Strip’ de huid met plakband om brandharen te verwijderen (vlak na blootstelling).
  • Was de kledij grondig met water en zeep (lang programma van de wasmachine op zo hoog mogelijke temperatuur).